20 september 2007

Nazomer

De deur is gesloten, de ramen zijn dicht. Alles gaat op in de 'dingen die gebeuren'. Ik praat met mensen. Soms blijft iemand zomaar bij.

Hebben wij elkaar ontmoet? Op een plek die vrij is van gedachten kunnen wij - ik weet het niet: de deur is dicht, de ramen zijn gesloten. De kou komt, wij met sjaals en mutsen - alles straks weer afgedekt.

Ik vraag mij af in hoeveel dagen, met hoeveel samenzijn wij samen kunnen zijn. Jij ziet vlammen, ik zie mensen, maar: hoe lang is het verband dat ons verbindt? Misschien als we een vuurkorf kopen en het vuur dat buiten de tralies komt durven te doven?

Ik weet het niet. De deur is dicht, de ramen zijn gesloten.

Haiku [1]

wil je me missen
we spreken elkaar maar niet
om een of ander

10 september 2007

Uitfeest Utrecht

Vandaag is goed. Er is beweging in de straten, overal gebeurt iets. Vandaag kan het, in de zachte lucht van de nazomerse dag laat ik mij raken.
Ik zie een voorstelling, een operazanger in de zon, acteurs in de overloop van het stadhuis, een plein in roze tape gevangen. Maar vooral zie ik de mensen: de kijkers, de uitvoerders. De makers, het publiek.

Als laatste bezoek ik een band vol met bekenden. Zij staan op het podium, ik ervoor. Zij zweten, werken, zijn. Ik kijk. Na afloop praten we. Dat wil zeggen: zij, ik luister. Zij zijn vol, ik leeggeraakt.

Op de fiets naar huis begint de twijfel. De muziek galmt na in de stad. Kan ik nog omkeren? Vraag ik mij af. Morgen begint een nieuwe week. Papieren stapelen zich op. Is dat bureau van mij? Die lijst met dingen? En dat gevoel mijzelf voortdurend te verlaten?