20 augustus 2012

stilstand

Ik ben een eigenwijs meisje. Ik bedoel natuurlijk: ik ben een eigenwijze vrouw. Hoewel ik al heel lang en met veel overtuigende bewijzen zeker zou moeten weten dat het leven niet te plannen is, blijf ik de maakbaarheidsgedachte koesteren. Ik maak hier de keuzes, ik bepaal welke dromen gedroomd en welke nagejaagd worden, ik ben mijzelf en mijn omgeving de baas.

Steeds opnieuw verbaas ik mij als het anders is, het leven haar eigen weg inslaat en mij zieltogend achterlaat, wanneer ik weer eens vergeet te volgen. Het beeld dat ik van mijzelf heb en anderen krampachtig probeer op te dringen is alweer maanden achterhaald, zie ik op de fiets vanmorgen. Het is nog net koel genoeg om mij kippenvel te bezorgen. In de opgejaagde fietsfile over de Nachtegaalstraat overvalt mij mijn eigen spiegelbeeld in een winkelruit. Ik zie het en kijk alweer naar het stoplicht. Kan ik door? Kan het leven verder? Maar ik kijk nogmaals opzij, mij nu pas realiserend wat ik zag. Ben ik dat echt? Ik ben dat. Ik herken het type en zie tot mijn verbazing dat alles van mij daar in past. De nieuwe schoenen die ik laatst kocht - in de aanbieding. De manier waarop mijn haar vast zit - met hier en daar nog een vrije pluk. De hoek van mijn rug. Ik ben zo’n vrouw geworden.

Ik zou willen stoppen en mij verder verwonderen. Misstaan de rimpels van die vrouw mij? Vind ik die kleuren werkelijk mooi? Maar het stoplicht is op groen gesprongen en achter mij wordt gebeld. Doorfietsen meisje, juffrouw, mevrouw! Het leven wacht niet op ons. We moeten ergens zijn, liefst nu al. Rijden jij. Stilstand blokkeert.
Dus ik span mij in en ga verder; de dag in, de weg op. Zó’n vrouw ben ik nog niet geworden, die midden in de vaart stil blijft staan voor de vervreemding. Blijf opzij kijken, denk ik nog. Betrap jezelf eerder, blijf de verandering de baas. Maar ik weet al lang: op een dag zal ook zij die stilstaat mij overvallen.