‘ik ken jouw ideeën wel’, zeg je
‘jouw ideeën, jouw soort mensen-
iets niet doen is gemakkelijk’
vroeger had ik je gelijk gegeven
en mijzelf bij thuiskomst-
zie je wel
zie je wel
de wortels uit de grond getrokken
kluiten aarde kapot geslagen op de grond
en dan wachten tot wat voorzichtig groeide
afgestorven is of
tot alles zakt
‘iets doen, daarentegen’ zeg ik nu
en ik veeg een kruimel van je wang
‘dat is niets
dat gaat vanzelf’
je kijkt me aan en lacht